Gunning / akte de command
Men zou dus denken dat óf de inzetter óf de afmijner de nieuwe
eigenaar wordt van het te veilen object. Dat hoeft echter niet
het geval te zijn.
In de eerste plaats heeft de opdrachtgever voor de veiling
(de eigenaar of de hypotheekhouder) de bevoegdheid zich tot
de eerste werkdag na de veiling tot 17.00 uur te beraden en
eventueel niet te ‘gunnen'. Vindt de opdrachtgever de
koopprijs te laag, dan kan hij besluiten om het object toch
maar zelf te houden om dit zo mogelijk op een andere manier
te verkopen. Wie succesvol heeft afgemijnd, is er dus nog niet
direct zeker van dat hij ook de eigenaar wordt! Het gunnen wordt
door de notaris geconstateerd in een zogenaamde ‘akte
van gunning'. Maar de afmijner kan ook aan de notaris mededelen
dat hij heeft gekocht ‘voor zichzelf of nader te noemen
meester'. Deze mogelijkheid wordt vooral benut door professionele
handelaren die de bedoeling hebben het aangekochte door te verkopen
aan een derde. Mocht dat lukken, dan wordt er een zogenaamde ‘akte
de command' opgesteld door de veilingnotaris, waarin is vastgelegd
voor wie de afmijner heeft gekocht. Het voordeel daarvan is
gelegen in de besparing van extra overdrachtskosten.